24
25
obstakel aan, later leert hij de werking van de afstandsbediening precies zo te coördineren dat de gewenste route
bereikt wordt.
Vanwege de werking dient dit product (volgens de geldende wetten) op openbare frequenties te worden gebruikt.
Om deze reden kan het zijn dat de motor signalen opvangt die afkomstig zijn van andere, gelijksoortige zenders die
zich in de buurt bevinden. In dit geval kan de motor andere manoeuvres verrichten dan de ingestelde.
WERKING VAN HET SPEELGOED
Na de batterijen te hebben aangebracht:
1) Schakel zowel de motor in, door de aan/uit schakelaar (g. A1) aan de zijkant op I (ON) te zetten, als de afstands-
bediening, door de schakelaar in g. D4 op I (ON) te zetten.
2) Zet de motor in werking door op de knoppen van de radiobesturing te drukken: de afstandsbediening heeft twee
knoppen om vooruit (g. D5) en achteruit (g. D6) te rijden.
3) Om de motor naar rechts of links te sturen, buig je de afstandsbediening bij beide rijrichtingen gewoon de
gewenste kant op.
4) Bij het vooruit rijden is een motorgeluid te horen als er gas wordt gegeven en bij het achteruitrijden hoor je al-
leen het geluid van de motor, die op een laag toerental draait.
5) Op de afstandsbediening bevindt zich ook de knop (D7) om te toeteren.
6) Na het gebruik moet de motor altijd worden uitgezet, door zowel de schakelaar op de motor (g. A1), als die van
de afstandsbediening (Fig. D4) op 0 (OFF) te zetten.
DE BATTERIJEN AANBRENGEN EN/OF VERVANGEN
• De batterijen mogen altijd uitsluitend door een volwassene worden vervangen.
• Om de batterijen te vervangen: draai de schroef van het klepje (g. B2 voor de motor en g. C3 voor de afstands-
bediening) met een schroevendraaier los, neem het klepje weg, haal de lege batterijen uit het batterijvakje, breng
de nieuwe batterijen aan met de polen aan de juiste kant (zoals op het product aangeduid staat). Plaats het klepje
terug en draai de schroef helemaal aan.
• Gebruik dezelfde of gelijkwaardige alkaline batterijen als aanbevolen voor de werking van dit product.
• Meng geen alkaline-, standaard- (kool-zink) of herlaadbare (nikkel-cadmium) batterijen met elkaar.
• Meng geen verschillende soorten batterijen, of lege met nieuwe batterijen.
• Houd de batterijen of eventueel gereedschap buiten het bereik van kinderen.
• Zorg ervoor dat er geen kortsluiting tussen de voedingsklemmen ontstaat.
• Verwijder de lege batterijen altijd uit het product om te voorkomen dat ze lekken en zo het artikel zouden kunnen
beschadigen.
• Verwijder de batterijen altijd, als het artikel gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
• Haal de batterijen uit het speelgoed en de afstandsbediening, voordat je ze weggooit.
• Gooi lege batterijen niet in het vuur en laat ze niet in het milieu achter, maar gooi ze via de gescheiden afvalver-
werking weg.
• I ndien de batterijen mochten lekken, vervang je ze onmiddellijk en maak je het batterijvakje schoon. Was goed je
handen in geval van aanraking met de gelekte vloeistof.
• Probeer niet om niet herlaadbare batterijen op te laden: ze zouden kunnen ontploffen.
• Het is niet raadzaam herlaadbare batterijen te gebruiken. Deze kunnen de werking van het speelgoed verminderen.
• Indien heroplaadbare batterijen worden gebruikt, haal je deze uit het speelgoed voordat je ze oplaadt. Laad ze
alleen op onder toezicht van een volwassene.
• Het speelgoed is niet ontworpen voor werking op lithium batterijen. LET OP: oneigenlijk gebruik kan een gevaar-
lijke situatie teweegbrengen.